Madagascar, week 3 (en een beetje meer!) - Reisverslag uit Anakao, Madagascar van Kirsten Zee - WaarBenJij.nu Madagascar, week 3 (en een beetje meer!) - Reisverslag uit Anakao, Madagascar van Kirsten Zee - WaarBenJij.nu

Madagascar, week 3 (en een beetje meer!)

Door: Kirsten

Blijf op de hoogte en volg Kirsten

03 Augustus 2015 | Madagascar, Anakao

En daar is dan mijn laatste verhaal, van de laatste week (plus gelukkig nog een beetje meer) in Madagascar.
Na onze aankomst in Ranohira, hebben we niet veel bijzonders meer gedaan die avond. We waren zo moe, dat we zelfs een kakkerlak aan de binnenkant van onze klamboe hebben laten zitten en zijn gaan slapen…
De volgende ochtend bespreken we een tocht door het nationale park de l’Isalo dat tegen Ranohira aan ligt. Je kan er verschillende tochten doen, de meeste zijn kort van duur. Dat is voor ons niet zo erg, want de spierpijn is nog in grote mate aanwezig. We besluiten te starten met een route en als we op tijd terug zijn, kunnen we misschien in de middag ook nog een route lopen. In de laadbak van een jeep worden we naar de entree van het park gereden. Daar maken we een mooie wandeling door een totaal ander gebied dan de vorige hike die we gedaan hebben. We zien een kameleon en meerdere lemuren. De wandeling is kort en niet zo zwaar, wat ons eigenlijk wel goed uitkomt. We hebben het idee dat we de spierpijn er misschien wel wat uitlopen op deze manier… Het park is groen met watertjes en ziet er prachtig uit. Aan het einde is een waterval met een meertje. Op wat rotsen nemen wij plaats om onze meegebrachte lunch te nuttigen. Als ik ooit weer stokbrood met La Vache qui rit eet, zal ik meteen aan deze reis terugdenken. Daarna moeten we dezelfde weg terug om weer bij de entree van het park te komen. We hebben geluk. De lemuren lopen nu laag bij de grond, waardoor we ze van heel dichtbij kunnen zien en horen. Na een fotosessie lopen we terug en worden we in de laadbak teruggereden naar het dorpje. Te laat om nog een route te lopen, te vroeg om niks meer te gaan doen. We laten ons nog een stukje verder op rijden. Daar is een natuurlijk raam in de rotsen, vanwaar je een prachtige zonsondergang kan zien. Dit schijnt nog al toeristisch te zijn; zo kom je niemand tegen en zo is er een verzameling aan toeristen die allemaal voor het ‘raam’ staan te wachten en pissig worden als je voor hun camera langs loopt. Wij gaan in het veld achter het raam zitten en kijken daar naar de zonsondergang. Een relaxt muziekje aan, een mixje van rum en sap, wat pizzakoekjes en we vermaken ons prima. Als het bijna donker is, worden we door onze chauffeur geroepen. We moeten gaan, want na het donker kan de veiligheid niet gegarandeerd worden (verderop is een mijnenstadje en er lopen dan nog wel eens rare figuren rond..)
Niet veel later zijn we terug in Ranohira en gaan we gezamenlijk eten. Ons laatste avondmaal…
Morgen vertrekken we gezamenlijk nog naar Tulear, een plaats aan de kust, maar daarna zullen onze wegen scheiden. We genieten van een overheerlijk diner en de gezelligheid.
De volgende morgen bekijk ik voor het ontbijt de Lonely Planet. Ik lees over het plaatsje waar Philippe en Ilse heen gaan en dat wordt toch aardig beter beschreven dan het plaatsje waar wij heen willen gaan. Eén ding is voor mij belangrijk… kan ik er walvissen spotten. Dat blijkt te kunnen en als ik de verhaaltjes van beide plaatsen voorlees aan Marc, is het voor hem ook al snel duidelijk. Als we dit bij het ontbijt bespreken, hoeven Diana en Jon niet lang na te denken. We gaan met zijn zessen door en vervolgen de reis naar Anakao, een plaatsje aan de kust. Doordat wij verlengd hebben, kunnen we daar een paar dagen blijven. En doordat wij blijven, kan Jon mee omdat we dan met zijn drieën in een privéauto terug kunnen naar Tana. Gezellig!
We rijden eerst naar Tulear. Een stad dat niet bijzonder blijkt te zijn, maar waar je heen moet om bij die plaatsen aan de kust te kunnen komen. Vlak voor we de haven bereiken, gebeurt hetgeen waarvan het me verbaast dat het niet eerder is gebeurd: een lekke band. Hier hoef je gelukkig geen uren op de ANWB te wachten. De chauffeur regelt het zelf en na 10 minuten kunnen we de reis vervolgen. De snelste manier om in Anakao te komen is met een speedboot. Deze ligt al op ons te wachten, maar we moeten er nog wel zien te komen. Dat gaat met behulp van een grote houten kar, waar we op de rand kunnen zitten en die voortgetrokken wordt door twee zebu’s. Erg zielig, want de dieren worden geslagen of in hun ballen getrapt om ons vooruit te trekken. Als wij onze walging laten merken, beginnen de locals gewoon te lachen. Zielig is het! Gelukkig hoeven we niet ver in de kar te hobbelen over het wad. We kunnen overstappen op de speedboot, het reddingsvest gaat aan en niet veel later komen we aan bij ons resort voor de komende paar dagen: Peter Pan!
Het is werkelijk prachtig. Mooie bungalows, gelegen aan het strand en gerund door een fantastisch Italiaans stel. Voor ons is het heerlijk dat we hier een paar dagen kunnen blijven om een beetje bij te komen van het vele reizen, de belevenissen en het niet telkens weer in hoeven pakken van je backpack. Ook voor onze omgeving zal het fijn zijn, want we zijn al ruim twee weken onderweg en hebben nog nergens de was kunnen laten doen… Wat zal het fijn zijn om weer schoon ondergoed aan te kunnen trekken!
We kunnen eten in het restaurant en dat is echt geweldig eten! Italiaans. Meteen na de eerste avond hoefde ik niet rennend naar de wc als ik gegeten had, dus ook in dat opzicht kon ik even bijtanken.
We hebben hier vooral rustig aan gedaan. Op de eerste dag zijn we met een boot vertrokken om walvissen te spotten. Eindelijk is het me gelukt om ze ook daadwerkelijk te zien! En ook nog eens van heel dichtbij. Machtig om die grote beesten boven water te zien komen, hun staart die langzaam weer het water inglijdt, het spuitende water, de draai op hun zij waardoor het lijkt of ze naar je zwaaien. Dit is intens genieten! En net als de gids voorstelt om weer terug te gaan, krijgen we van één van de walvissen nog een ‘cadeautje’. Hij laat van zich horen en komt vervolgens met zijn kop boven water, op slechts een paar meter van onze boot. Dit was echt het toppunt van deze tour. Wat een monster, zo groot!
Ook maken we nog een wandeling over het strand, in de richting van een baai. We vinden eierschalen van de uitgestorven olifantsvogel en heel veel grote en mooie schelpen. We komen kinderen tegen die een visnet leeghalen. Ze willen ons alles laten zien en wederom moet alles op de foto. Zee-egels, een zeester, een zeepaardje, grote garnalen, visjes, gekke vissen die zichzelf opblazen als een ballon. Erg mooi allemaal! We lopen via de duinen terug, waar we door een dorpje komen. Armoede, vuil, stank… Maar wederom lachende en vriendelijke mensen. Ze lopen met ons mee om ons de weg te wijzen en zijn nieuwsgierig naar wie we zijn en wat we doen. Op het strand ouwehoeren we met kinderen die graag op de foto willen, maar ook even een high-five, een vuist of gewoon dollen.
Op de laatste dag was een snorkeldag ingepland. Die heb ik afgezegd. Ik heb een naar hoestje gekregen door alle slechte lucht en vele rook hier, dat ik de halve nacht heb liggen hoesten. Een hoestbui en een snorkel in mijn mond lijken me niet de beste combinatie. Mijn dag bestond dan ook uit slapen op het strand, muziek luisteren en lezen. Eigenlijk voor het eerst dat ik daar deze reis aan toe ben gekomen. Ook wel eens lekker.
Op zaterdagochtend verlaten wij deze prachtige plek en de leuke mensen die we ontmoet hebben. In eerste instantie hadden we een auto geregeld voor 3 personen (Jon, Marc en ik) maar de rest besluit om met ons mee te gaan. In Tulear staat een auto voor ons klaar en deze zal ons terug naar Tana rijden. Een reis van twee dagen, met een stop in Fianarantsoa. Deze plaats halen we niet, omdat we wat vertraging in Tulear hebben opgelopen (Diana zou hier achterblijven, besloot mee te gaan, maar moest dan wel via internet wat regelen) en een lekke band hebben gehad. Dit vinden we eigenlijk niet zo erg, want nu is de stop in Ambalavao en kunnen we weer slapen in dat gezellige hotel en lekker eten en ontbijten .
Op dag twee moeten we vroeg vertrekken, want we hebben zo’n anderhalf uur achterstand. Uiteindelijk is het de chauffeur die ons vertrek vertraagt, maar zo rond half 9 in de ochtend gaan we er weer voor. Het is dus vooral veel rijden en dat over wegen die we al gehad hebben. We zijn al klaar met foto’s maken en hangen en dutten wat, luisteren wat naar muziek.
En dan komt, na bijna 2 weken, het eerste afscheidsmoment. Diana blijft achter in Antsirabe… Na haar naar een hotel te hebben gebracht en gewacht te hebben of het voor haar rond zou komen met een gids, vervolgden wij de reis nog een paar uurtjes langer.
Vrij laat in de avond komen we aan in Tana. Er zijn meerdere hotels gebeld, maar zonder succes. Er zit dus niks anders op dan rondjes rijden en navraag doen. Een uur later vinden we dan eindelijk een hotel en inmiddels is het al 22 uur. We horen dat het zo druk is, omdat Air Madagascar niet heeft gevlogen en men dus een slaapplaats nodig had. Wij zijn blij dat we een slaapplaats hebben. We hebben alleen nog niet gegeten. Het hotel heeft geen restaurant, het wordt ons afgeraden om de straat op te gaan en veel is al gesloten op deze tijd. Een medewerker biedt aan om pizza voor ons te halen. Erg lekker was het niet, maar rond 23 uur lust je wel je avondeten!
Daarna volgde het volgende afscheid. Niet leuk! Na bijna twee weken samen, is de groep hecht geworden en we hebben natuurlijk samen ook het één en ander meegemaakt. Jon zou in Tana blijven, een dag later zou hij vliegen. Philippe en Ilse gaan nog het noorden van Madagascar ontdekken. Marc en ik hebben nog twee dagen en die willen we gebruiken om naar het regenwoud te gaan dat in de buurt van de hoofdstad ligt.
De volgende ochtend vertrekken Marc en ik wederom met een eigen auto naar de entree van het park. Gezien de tijd die we nog maar hebben, kunnen we het ons niet veroorloven om tijd te verliezen met nutteloos wachten op een taxi-brousse station.
Nog voor de middag komen we aan in Andisabe. We regelen een slaapplaats, een lunch, een gids en gaan meteen het park in. De jungle! Het was mooi, groen, dichtbegroeid. Zoals een jungle hoort te zijn. Toch was deze ervaring bijzonderder dan mijn eerdere jungle-ervaringen en dat had met de gids te maken. Hij hield zich namelijk niet aan de paden door de jungle, maar baande zich overal een weg door heen waar hij maar wilde. Je kon goed merken dat hij hier al jaren rondliep en het gebied op zijn duimpje kende. Hij deed zijn uiterste best om het wildleven aan ons te laten zien. De Indri-Indri (grootste lemuursoort) hebben we op afstand gezien. Overige lemuren hielden zich schuil. Maar onderweg kwamen we wel een hele mooie grote kameleon tegen, gekko’s, een slang, spinnen, kikkers, een supergrote sprinkhaan… Erg leuk om de reis hier nog mee af te kunnen sluiten. Met dezelfde gids doen we nog een nachttour. In het donker met een zaklampje op zoek naar oogjes die weerkaatsen in het licht. We vinden kameleons, spinnen, kikkers en ook de lemuren zijn nu zichtbaar. We dachten dat we in het donker wel on trail zou blijven, maar zelfs dan gaan we van het pad af om zo veel mogelijk te kunnen zien. Een super mooie ervaring!

En dan is het dan toch zo ver… de laatste dag is aangebroken.
We nuttigen het ontbijt in Andisabe en kunnen luisteren naar de geluiden van de Indri-Indri op de achtergrond. Een lange reis staat ons te wachten. Eerst moeten we van Andisabe naar een stadje zo’n 25 km. verderop. Er is geen bushalte. Voor het hotel kunnen we in de berm gaan zitten en wachten op een busje dat zal gaan passeren. Als we er maar tussen 7 en 11 zitten, zal het goedkomen volgens de receptioniste van het hotel.
Om 10 uur zitten we aan de kant van de weg. Om 10.45 uur komt er een busje aan. Onze bagage gaat bovenop en via de achterkant kunnen we instappen. Als sardientjes in een blikje laten we ons een uurtje voortrijden. In het stadje lopen we naar het taxi-brousse station. Gelukkig niet een heel grote en het oogt er vrij georganiseerd. Bij een loket kopen we een kaartje naar Tana en het busje staat al klaar. We zijn wel de eersten, dus we zijn benieuwd hoe lang we dit keer moeten wachten. Het valt mee. Iets meer dan een uur later beginnen we te rijden. De reis is niet zo heel lang, maar wel erg mooi! Zo’n 9 km. Voor Tana beginnen we ons klaar te maken voor de stad die we niet leuk vinden en het taxi-brousse station zoals we ons die van onze eerste reis herinneren… Voorbereid op het ergste.
Het valt super mee! We komen aan op een ander station, alles staat keurig op een rijtje, er is geen chaos en er zijn weinig mensen. Al zittend in het busje kunnen we een deal maken met een taxichauffeur en hij draagt mijn bagage naar zijn auto. Ons druk gemaakt om niks deze keer, haha.
We laten ons rijden naar het hotel waar we hebben geslapen toen we de reis startten. Via dat hotel hadden we een airportpick-up en nou hopen we een drop-off te kunnen regelen. Ook is daar een restaurant waar we onze wachttijd kunnen overbruggen. Ons plan wordt geaccepteerd.
Om half 5 zitten wij in het restaurant en start te wachttijd tot half 11… We starten zonder elektriciteit, maar vlak voordat het donker wordt, kunnen de lampen aan en is er wifi. Dat is dan toch wel fijn als je zo lang moet wachten…
Vanuit het hotel worden we naar het vliegveld gereden en daar worden we aangesproken door iemand die ons voor een fooi langs de rij wil leiden. Zo werkt dat dus. Online waren we al ingecheckt en op deze manier zijn we al snel onze bagage kwijt. We komen de controles door en het vliegtuig vertrekt op tijd. Alles verloopt voorspoedig, wederom een korte stop in Parijs en aan het einde van de middag komen we aan op Schiphol. Dat was het dan echt… de reis is voorbij…

Madagascar was fantastisch! Het slechte slapen, het slechte eten, het vele reizen, 3 weken maagproblemen, een behoorlijke verkoudheid, stoflongen, afzien in de bergen, veel moeten onderhandelen en ik vergeet vast nog wat…. het is het allemaal meer dan waard geweest!!!
Het land is fantastisch mooi, de mensen zijn vriendelijk, er is nog weinig toerisme, er wordt veel gelachen, je ziet mensen genieten van hele kleine dingen, de prachtige natuur, het wildleven, de afwisseling in landschappen… INDRUKWEKKEND!

Ik zou een ieder die houdt van een avontuur en uitdaging aanraden om dit land te bezoeken. Je moet wel tegen een stootje kunnen, soms back to basic gaan (dus niet vies zijn van ‘natuur-toiletten’ en beestjes in je kamer), geduld hebben (mora mora) en een beetje kennis van de Franse taal zou wel handig zijn…(dat hebben wij toch wel gemist).

  • 23 Augustus 2015 - 21:52

    Janny Van Der Zee:

    Weer een geweldig verhaal geschreven.

  • 24 Augustus 2015 - 10:53

    Sophie:

    Wat gaaf allemaal Kirsten!! En knap dat je er zo'n mooi verhaal van kunt maken steeds. Fijn dat jullie zulke mooie ervaringen hebben opgedaan. For life :)

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Madagascar, Anakao

Kirsten

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 511
Totaal aantal bezoekers 38086

Voorgaande reizen:

26 Juli 2016 - 20 Augustus 2016

Amazing Africa!

19 Juli 2015 - 12 Augustus 2015

Madagascar

23 Juli 2011 - 17 Augustus 2011

Vietnam

10 Juli 2009 - 25 Juli 2009

Zuid-Afrika

03 November 2007 - 26 Maart 2008

Zuid- en Centraal Amerika

Landen bezocht: